Dit bericht is overgenomen uit de Sumarreheide website uit ~ 2016 destijds in beheer door Wolter Kloosterman († 2019) en dochter Greetje Altena-Kloosterman.
De kost verdienen lag voor boeren en middenstanders , afgezien van de ,,minne tiiden ” meest tamelijk eenvoudig: zij hadden een vast bedrijf. Vast werk hadden ook de vaste boeren arbeiders en de knechten van de ambachtslieden, maar dit was niet het geval met de losse arbeiders, die moesten aan pakken wat zich voordeed. En aangezien de hoedanigheid van ,, los arbeider” eigen was aan de meeste bewoners van Sumarreheide , moesten die vooral reizen en trekken om iets te verdienen. We weten dat zelfs de bedelarij een zekere bewegelijkheid vergde om aan geld te komen, wat niet in elke gemeente op prijs werd gesteld getuige de procesverbalen die werden opgesteld vanwege bedelarij. De losse arbeiders kwamen in de loop der tijd tot een tamelijk vaste indeling van het jaar de werkzaamheden ,welke de seizoenen toelieten : In het voorjaar kwam het werk bij de boeren los , bemesten van het land en onkruid wieden of ging men werken in de veenderij. In de zomer bleef niemand meer in de veenderij omdat het hooiland riep om geoogst te worden als maaier of als hooier. In de nazomer was het graan oogsten en vlastrekken. In de herfst was het bieten rapen en aardappelen rooien of cichorijgraven ,, in Suameer stond op de daem een cichorijfabriek ” In de winter was er voor de losse arbeiders geen vast werk, en moesten ze met huisvlijt zoals het maken van heideboenders, schrobbers, knypers, biezen matten, hierbij geholpen door gezinsleden en mollevangen “door de tijd te komen”. Dikwijls gaf dat in de winter te weinig inkomsten, en werd de bedelarij de belangrijkste inkomensbron als men al niet had aan geklopt bij de (gemeentelijke) Armenzorg, die ook niet zo scheutig was met bedeling. Ook waren er heide bewoners die naar Duitsland trokken als melkersknecht, zich uitbesteden als mollevanger op de,,greidhoeke” boven Leeuwarden. Sumarreheide stond niet zo bekend als een ventersdorp zoals Zwaagwesteinde en Kollumerzwaag toch zijn er door de jaren heen nogal wat heidebewoners geweest die handel hebben gedreven.